Skip to main content

Een uitgestoken hand kan een ander verder helpen

BAUKELIEN IZELAAR – Hij is er altijd bij als er iets in de gemeente wordt georganiseerd. Iedereen kent hem. Hij spreekt met genoeg mensen. Maar niemand weet dat als meneer Dirksen ’s avonds alleen thuiskomt, hij bang wordt van de stilte. Hij is eenzaam, al zou hij zichzelf zo niet noemen. En juist omdat niemand weet dat hij eenzaam is, helpt niemand hem.

Bij het woord eenzaamheid denken we vaak aan de schrijnende voorbeelden die we in de media horen. In Rotterdam lag een vrouw tien jaar dood in huis. Daar schrikken we van. Maar zulke verhalen zetten eenzaamheid ook enorm op afstand. Eenzaamheid is iets voor mensen in grote steden, voor hen die geen kerk om zich heen hebben. Maar het is dichterbij dan we denken. We willen er wel iets tegen doen, maar wat? En hoe? Toch kunnen we een hoop zelf doen: voor mensen om ons heen die eenzaam zijn of als het onszelf betreft. Agathos hulpverlening, de NPV en Hip Helpt startten het project Stop eenzaamheid zelf, met als doel samen eenzaamheid te bestrijden.

Wat is eenzaamheid?
Eenzaamheid betekent dat je je niet verbonden voelt. Het zegt niets over het aantal contacten dat iemand heeft. Het gaat over hoe die worden ervaren en of ze voldoen aan een behoefte. En die verschilt per persoon. Iedereen heeft dat gevoel weleens. Vooral in overgangssituaties: je trouwt en gaat in een andere plaats wonen. Of je gaat met pensioen en mist de gesprekjes bij het koffi eautomaat. Door corona is eenzaamheid misschien wel meer dan ooit voelbaar geworden. Dat we ons eenzaam kunnen voelen, komt omdat we gemaakt zijn om in verbinding met elkaar te leven. Door de zondeval gaat dat helaas niet meer vanzelf. Het ontbreken ervan is een pijnlijk gemis. Het maakt dat we contact willen met anderen. Kortom: eenzaamheid is het ervaren van een tekort in contact op een bepaald moment, in een bepaalde omstandigheid. Veel mensen hebben dat gevoel weleens in hun leven. Waarom hebben we het er dan zo weinig over? Blijkbaar rust er een taboe op: niemand geeft graag toe dat hij er last van heeft. Dat maakt het bestrijden ervan niet makkelijk. De meeste mensen die door een eenzame fase gaan, lukt het wel om nieuwe contacten op te bouwen. Dat geeft zelfvertrouwen. Wanneer dat niet lukt, gebeurt het tegenovergestelde. Wie langere tijd onvoldoende verbinding ervaart, verliest langzaam het vermogen om contacten aan te gaan. Het probleem wordt daardoor alleen maar groter. Dat kan zorgen voor allerlei gezondheidsproblemen. Zo’n persoon is met alleen een gezellig praatje niet te helpen.

Een hoogleraar kindergeneeskunde noemde het onderwerp een ‘ongeloofl ijk ingewikkeld probleem’. Hij leidde het onderzoek naar kindereuthanasie onder kinderartsen en zat in de adviescommissie over een mogelijke regeling. Elise kan zich vinden in de uitspraak van de hoogleraar. Al plaatst ze eerst een opmerking bij het woord “kindereuthanasie”. ‘In de volksmond heet het zo, maar offi cieel bestaat het niet en wil de overheid het ook niet zo noemen. Euthanasie betekent dat iemand een uitdrukkelijk verzoek doet. Daar moet je wilsbekwaam voor zijn. Dat kun je van kinderen tussen 1 en 12 jaar niet zeggen. Vermoedelijk spreekt de overheid als het over deze leeftijdsgroep gaat dus liever niet over kindereuthanasie, maar over een regeling tot levensbeëindiging bij kinderen. Die is van toepassing op kinderen die uitzichtloos en ondraaglijk lijden, binnen afzienbare tijd zullen overlijden en bij wie alle mogelijkheden van palliatieve zorg niet voldoende zijn. Het gaat om vijf tot tien kinderen per jaar. Pijnbestrijding is bij hen niet altijd goed mogelijk, terwijl stoppen met eten en drinken soms tot schrijnende situaties leidt.’

Waar komt de roep om zo’n regeling vandaan?
‘Er zit een stuk bezorgdheid van artsen onder. Vooral rond de vraag: klopt het wel wat we nu doen? Laten we het vastleggen, dan voelen we ons gedekt als we bijvoorbeeld medicatie verhogen – of een handeling juist niet uitvoeren – waardoor een kind komt te overlijden.’

Eenzaamheid zegt niets over het aantal contacten dat iemand heeft.

Wie is er aan zet?
Is er iets aan eenzaamheid te doen? Jazeker! Laten we onze handen uitsteken en ons hart openen voor mensen die eenzaam zijn. Vergeet daarbij de jongeren, de singles en mensen die gescheiden zijn niet. Eenzaamheid komt niet alleen bij ouderen voor! Laten we beginnen in de kerk: kijk komende zondag eens om je heen. Is er iemand die je niet zo goed kent waarmee je contact kunt maken? Misschien wil die persoon wel een kop koffi e komen drinken. Is er een activiteit in de kerk? Regel op tijd vervoer voor hen die het nodig hebben. Als ze er zelf om moeten vragen, is het makkelijker om het uitje af te slaan. En in de straat: wonen daar mensen waar je meer contact mee kunt leggen? Soms ligt een aanleiding voorhanden. Slecht weer of een pakketje dat je hebt aangepakt. Zomaar een reden om een praatje te maken. Stuur een kaartje naar iemand die alleen is. Houd je van wandelen? Ga samen met iemand. Geef elke dag iemand een complimentje. Daarmee zeg je eigenlijk dat je de ander hebt gezien en waardeert. Misschien is er wel iemand die in een gezelschap een beetje buiten de groep valt. Betrek hem of haar er actief bij. In veel plaatsen worden vaak ook activiteiten georganiseerd. Moedig aan om ernaartoe te gaan. En als de ander het spannend vindt, bied dan aan om de eerste keer mee te gaan. Als we ervoor openstaan, kan van het een het ander komen. Natuurlijk nemen deze activiteiten de eenzaamheid niet volledig weg. Maar een uitgestoken hand kan een ander wel verder helpen. Je kunt de ander ook wijzen op de website stopeenzaamheidzelf.nl. Daar staat allerlei informatie over dit thema. Je kunt ook zelf aan de slag met je eigen eenzaamheid. Vraag het bijbehorende werkboek Stop eenzaamheid zelf aan (zie kader). Het betekent niet dat je binnen een paar weken van je eenzaamheid af bent, maar het boekje staat wel vol handige tips en oefeningen. Het werkboek geeft je inzicht in hoe jouw eenzaamheid is ontstaan en waar je behoeften en wensen liggen als het gaat om contacten.

Je kunt ook je eigen contacten in kaart brengen. Bedenk acties hoe je die kunt verdiepen of hoe je ze kunt uitbreiden. Het werkboek geeft ook inzicht in hoe jouw gevoelens en gedachten jouw eenzaamheid beïnvloeden. Weinig mensen vertellen uit zichzelf dat ze eenzaam zijn. We moeten zelf de hulpvraag ontdekken. Hoe eerder eenzaamheid wordt ontdekt, hoe sneller we iets voor elkaar kunnen betekenen. Neem meneer Dirksen bijvoorbeeld. Hij zit nu iedere week bij een gezin aan tafel. Hij wordt ontvangen als de extra opa. Zijn verdriet om zijn overleden vrouw slijt langzaam. De pijn iets minder scherp. Laten we wat vaker naar elkaar omkijken.

Aan de slag

Om eenzaamheid te bestrijden heeft de NPV het werkboekje Schatzoeken ontwikkeld. Wie met eenzaamheid aan de slag wil en bereid is de schat in de ander te zoeken, kan dit boekje gratis aanvragen. Je kunt er individueel mee aan de slag, maar ook met je kerk, vereniging of gezin. Kijk voor meer informatie op npvzorg.nl/schatzoeken.

Ben je zelf eenzaam en wil je aan de slag? Vraag het werkboek Stop eenzaamheid zelf aan via stopeenzaamheidzelf.nl.

Dit artikel is onderdeel van het zorgmagazine Liv. Meer weten?
Vraag hier het magazine gratis aan.